Als ik zo eens naar die stoeprand kijk zie ik in gedachte een heel rijtje buurtgenootjes zitten gewapend met een veligheidsspeld. Zondagssmiddags kwam regelmatig een man in de straat venten met krabben en krukels. Je kocht dan voor een dubbeltje een klein puntzakje krukels. Je kreeg dan een mosterdglaasje vol geschept uit een kistje. Man, man om je vingers bij op te eten.

Hee hans, ik zie je huis en ik zie het gangetje waar wij rondstruinden en ineens valt me iets binnen. Hadden jullie een hondje dat Keesje heette?

Krabben en krukelen, witte bakfiets, vader en zoon van Bakel reden door Woensel west op zondagmorgen, zoon Rinus doet nu in marktkramen.
===Zoon Mentie verkoopt vis op de markt===Hans===

Ingrid, wij hadden geen bloeddorstige hond, maar wel een keeshond.

Okay Hans, een keeshondje dat Kees heet. Je gaat iets leuks van me krijgen, via email.

Krabben en krukels, op de zondagmiddag kwam hij door de straat. Snel bord leegeten, anders was hij weer weg, ook al lustte ik het niet. Maar deze had een bijnaam, of was het zijn echte naam: DE NEUS. Hij had wel een grote neus.

Als ik de verhalen zie die jullie schrijven over de man met de witte kar met krabben en krukels dan loopt het water weer uit mijn mond. Je moest die dingen er met een speld uittrekken en het harde stukje aan de voorkant er af halen. Ze waren wel heel erg zout. Hans wij kennen elkaar omdat jij op 2 woonde en mijn opa en oma op nr.6 (links op de foto). Ik kom ook de naam Ingrid Levens tegen. Woonde jij niet op de Boschdijk op de hoek van de Pieter Zeemanstraat? En heb jij ook een zus Yvon?

Ad, ik zie je bericht nu pas maar beter laat dan nooit...............mijn zusje Ingrid en ik woonden samen met onze ouders en nog zes broers en zusters inderdaad op de hoek Boschdijk/Pieter Zeemanstraat. Ben benieuwd waarvan of hoe je ons kent?

Beste Yvonne, Ik ken jullie van vroeger. Mijn opa en oma (Brouwers) woonde in de Lorentzstraat op nr.6. Hun tuin lag met de achterkant tegen het PNEM huisje. In hun tuin stond een ijzeren paal van waaruit antennedraden naar elk huis liepen. Willem Neggers die op nr.10 woonde was een duivenmelker en had aan deze draden kurken geregen zodat zijn duiven niet tegen de draden zouden vliegen. Mijn opa had ook nog een volkstuin achter de familie Gietman die aan de Boschdijk woonde. De naam van mijn moeder is Toos Brouwers en zij is getrouwd met Wim van Eijck. Mijn vader was kapper en heeft vroeger nog bij kapsalon Donkers aan de Boschdijk gewerkt. Als je het gangetje achter jullie inliep naar de Lorenzstraat toe dan was de eerste tuin die je tegen kwam van mijn opa en oma. De volgende tuin was van de familie Bos en daarnaast woonde de familie Vervoort en langs dit huis kwam je in de Lorentzstraat. Fam.Vervoort woonde op nr.2, familie Bos op nr.4 en mijn opa en oma op nr.6. In die tijd bestond de Pieter Zeemanstraat nog maar uit een stuk of zes huizen gelegen tegen de Groenewouseweg.In die tijd stond er de steenfabriek nog met eernaast gelegen speeltuin de Vriendschap.Wij kwamen dagelijks bij mijn opa en oma omdat mijn ouders een paar straten verderop woonden nl.in de Newtonstraat. Daarom ken ik jullie ook goed. Groeten Ad (Adriaan) van Eijck.

Jammer dat ik me je niet herinner. Die tuin van je grootouders die zo ongeveer tegen het PNEM -huisje lag, herinner ik me goed. Je grootouders zelf kan ik me ook niet meer niet voor de geest halen. Wel herinner ik me de familie Neggers, Bos, Wubbe, Doomen en Vervoort. Deze laatste familie had een vreselijk keffende hond (sorry Hans) die vaak aansloeg als je dat kronkelende gangetje doorliep. Een geluid dat daar uit kwam! Ik schrok me iedere keer lam.