Bijdrager Redactie EiB
Jaar: 1971
Locatie 1.:Centrum |111 Binnenstad |Stationsplein
Onderwerp.: Calamiteiten |Branden |Hotel 'Tsilveren Seepaerd
\'t Silveren Seepaerd in brand. (1)
Beschrijving | 28 september 1971 werd een rampzalige dag vanwege een enorme brand in hotel 'Tsilveren Seepaerd. Er waren elf doden te betreuren. Daaronder een aantal voetballers van Chemie Halle, die een wedstrijd tegen PSV zouden spelen. De overige spelers zouden in Huize Voorbeek worden ondergebracht. In het Eindhovens Dagblad verschenen onder meer berichten dat vluchtgangen niet bereikbaar en/of afgesloten zouden zijn geweest. |
---|---|
Geplaatst op | 14-08-2005 |
Reacties
Naam: Arie van den Heuvel
Dit drama kan ik mij nog goed herinneren. Ik was op weg naar mijn werk (Winters groothandel in dranken op de Tongelresestraat). Die dag zouden wij daar, zoals elke week, biervaten gaan lossen. Wij hebben na alle onderzoeken daar de resterende spullen opgehaald van Winters en dat was maar een luguber karweitje vond ik.
Naam: Y. Quadvlieg-Walravens
Ik weet het nog goed. Ik werkte in die tijd bij Philips. Op mijn afdeling werkte een jongeman (Michel van Och heette hij geloof ik) die fotograaf wilde zijn, maar daar nog niet van rond kon komen. Hij hoorde 's ochtends vroeg van de brand en ging daar fotograferen (gaf aan zijn baas door dat hij ziek was) en vervolgens was hij 's avonds te zien op de tv. En toen hij daarna kwam opdagen bij Philips vond hij het gek dat hij werd ontslagen.
Naam: Wim Habraken
Deze brand vergeet ik nooit meer! In die tijd werkte ik als postbode op het hoofdpostkantoor aan de Stationsweg tegenover 't Silveren Seepaerd. We reden vanuit Stratum met een steeds groter wordende groep postbodes altijd gezamenlijk op naar het werk. We moesten meestal om 05:45 uur beginnen. Ook deze dag. We zagen de rook en zagen het vuur. Er was nog niemand, en wij gingen met een paar postbodes de trap op en de lobby in. Maar je stikte zowat in de rook en iemand van ons zei (gelukkig!) "Laten we maar teruggaan. Ik vertrouw het niks". Intussen hadden collega's van de nachtdienst al de brandweer gebeld. Buiten gekomen stond er een politieauto met zwaailichten en die zette alvast de straat af. Wij gingen met een groepje collega's achterom in de Dommelstraat kijken of we daar iets konden doen. De zaak fikte behoorlijk en daar liepen op de open galerij een paar mensen en die riepen, maar we konden natuurlijk niet helpen. De liftkoker was een vuurzuil. Wat een hopeloze en reddeloze toestand. We gingen terug naar de voorkant. De brandweer was er nu ook. Meteen zeiden we dat er in de Dommelstraat mensen op die galerij van het hotel stonden en geen kant uit konden. Toen stonden diverse mensen in de open ramen van het hotel te roepen om hulp. Ze konden geen kant uit, achter hen het vuur, voor hen een paar etages lager de stoep. De ladderwagen kwam eraan te pas en de ladder werd uitgeschoven. Toch was hij iets te kort, misschien maar een half metertje of zo. Er was er één die waagde de sprong en viel erlangs naar beneden. Zo hebben we er een paar zien springen. Dat akelige beeld zie ik nog duidelijk voor ogen. Het gekke is dat in mijn geheugen de brandweerwagen en de politiewagen moderner waren. Toen ik de foto's voor het eerst na jaren terugzag, was het natuurlijk het oude spul van 1971. Gewonden werden door ons opgevangen. We gingen naar het postkantoor en we haalden daar platte wagentjes. We legden daar postzakken op en legden de gewonden erop en brachten hen naar het Binnenziekenhuis, toen nog vlakbij op de Vestdijk. Later op de ochtend werden overlevenden opgevangen in onze bedrijfskantine. Ik kan me herinneren dat de brandweer een bedankbrief heeft gestuurd aan Post Eindhoven. Dat heb ik altijd gewaardeerd, want het was akelig en spannend! Enkele collega's van dat moment die erbij waren: Albert Pieters (mijn zwager), Cor van Hout, Appie Vis, Jan Vlemmix, Martin van de Tillaar (is nog geïnterviewd voor de TV) en ik denk Ad Vos.
Naam: Els Oomes
Ik kan me de brand nog goed herinneren. Ik werkte op dat moment in Cocagne, 't andere hotel en je begrijpen dat mijn moeder dacht dat het Cocagne was. Wat ik me ook erg kan herinneren was de geur van verbrand vlees. Dat kwam omdat de mensen die ze op dat moment niet naar het ziekenhuis konden brengen, werden geplaatst in de lobby van het hotel. Ik wist wel dat we nog maanden oefeningen moesten doen omdat er toch het een of ander misschien niet helemaal goed was. Er werd bij ons toen aan de achterkant een ijzeren trap gemaakt.
Naam: Natascha Straatman
Mijn vader, Lambert Straatman, werkte bij Hotel 'Tsilveren Seepaerd. Ik zelf ben die dag in het Binnenziekenhuis geboren. Van familie van moeders kant heb ik elk jaar moeten horen dat mijn vader door de brand niet bij mijn geboorte was. Voor mijn vader heb ik altijd begrip gehad; ik zou in dat geval mijn werk ook niet verlaten. Bij mijn vader heb ik het nooit ter sprake gebracht. Helaas is hij overleden. Wie mij hierover meer wil vertellen: graag.