Tot de late helft van de 19e eeuw poseerden de meeste mensen vanwege de hoge kosten niet voor formele trouwfoto's tijdens de bruiloft. In plaats daarvan poseerden ze voor een formele foto in hun beste kleding voor of na een bruiloft. In de late jaren 1860 begonnen meer paren te poseren in hun bruidskleren en soms huurde de wat meer welgestelde mens een fotograaf in om naar de trouwlocatie te komen. Voor het grootste deel van de late 19e eeuw was een trouwreportage grotendeels een daglicht studio vanwege de grote camera’s. In de loop van de tijd verbeterde de technologie maar veel stellen poseerden nog steeds voor enkel één huwelijksportret. Huwelijksalbums begonnen steeds gewoner te worden tegen de jaren 1880. Aan het begin van de 20e eeuw kwam kleurfotografie beschikbaar, maar deze was nog steeds onbetrouwbaar en duur waardoor de meeste bruidsfotografie nog steeds in zwart-wit uitgevoerd werd. Het concept van het vastleggen van het huwelijksevenement zelf is ontstaan na de Tweede Wereldoorlog. Met behulp van filmroltechnologie en verbeterde verlichtingstechnieken die beschikbaar waren door de uitvinding van de compacte flitslamp, kwamen fotografen vaak op een bruiloft en probeerden ze de foto's later te verkopen. Ondanks dat deze foto's vaak van lage kwaliteit waren, dwongen deze fotografen de studiofotografen om op locatie te gaan werken. Aanvankelijk brachten professionele studiofotografen veel grote apparatuur mee, waardoor ze minder mogelijkheden hadden om het hele evenement vast te leggen. In de jaren zeventig begon de meer moderne benadering van het vastleggen van het hele bruiloftsevenement te evolueren naar de praktijk zoals we die vandaag kennen, de "journalistieke reportage" stijl van fotografie. In deze korte film is de inmiddels 90 jarige “publieksfotograaf” Wim Zwaan aan het woord.