Deze foto stamt uit de beginperiode van de R.P.I, vermoedelijke opname van rond 1918. Later zijn de ingang en oprit veranderd. Naast deze woning waren er nog twee woningen bestemd voor de de plaatsvervangend Geneesheer Directeur en de derde Hoofdarts. Namen van de eerste directeuren: 1: Dr J.M. Reitsema (van 1917-1929) 2: Dr T.W. Polet (van 1929-1939) 3: Dr A.M. Mooy (van 1940-1955) 4: Dr L.P. Schreinemachers (van 1956-1967). Gegevens van na die tijd heb ik niet meer. Mijn vader (A.Haxe) was waarnemend directeur van 1952-1960. Ik herinner mij nog de mooie tuinen met vele fruitbomen en grasvelden. In die tijd waren de tuinen gescheiden door een heg. Naast ons woonde eerst Dr Oud en later Dr Deinema. Ik had toen ook contact met de dochters van Dr. Schreinemachers (Diny, Loes, Tiny en Mieke). Ook herinner ik mij dat links van de bovenstaande woning een patat-tentje stond waar we vaak frites voor een kwartje haalden. Het hoofdkantoor van Philips was nog niet gebouwd, er waren daar voetbalvelden en weer verder naar achter een vuilnisbelt. De Boschdijk was toen (vijftigerjaren) nog een vrij rustige weg. Heel anders dan nu...

Sjoerd, dat was geen vuilnisbelt, dat waren de leemkuilen van de vroegere steenfabriek. In die kuilen stond altijd water. Als het 's winters gevroren had, gingen we er "scholletje dritsen". Er lag dan veel "bom-ijs", een dun laagje ijs met veel lucht eronder. Het was het spannendste om over dat bom-ijs te gaan zonder natte voeten te krijgen. Uiteraard ging dat nogal eens fout. Maar 't-was-wel-leuk!

In het verlengde van de oprit, maar dan tig meter verder naar achter, daar was het café het "Groenewoud" met de mooie speeltuin en de Zondagse hondenmarkt.

Ik denk dat het friettentje van Piet Zwerts was, wiens kleinzoon volgens mij nog steeds een friettent heeft aan de Boschdijk.

Als aanvulling op eerdere mededelingen: De eerste Geneesheer-Directeur was : 1: Dr.J.M Reitsema (van 1917-1929) 2:Dr. T.W. Polet ( van 1929-1939) 3: Dr. A.M. Mooy (van 1940-1955) 4: Dr.L.P. Schreinemachers (van 1956-1967). Er is in 1968 een gedenkboekje uitgegeven van de hand van Dr. P. van der Esch ( oud geneeskundig inspecteur voor de Geestelijke Volksgezondheid) waar veel feiten en gebeurtenissen in vermeld staan over de periode 1918-1968. Ik heb dit van mijn vader (Dr. A.Haxe, werkzaam als plaatsvervangend geneesheer-directeur periode 1952-1960) overgenomen. ===Sjoerd, bedoel je het boek "De komst van Joseph Alexis K." ? = Frans===

In het verlengde van de inrij staat het huis van de foto 2579 met overweg.

Mijn moeder is jarenlang onder behandeling geweest bij Dr.Mooy en wat ik altijd opvallend vond in dat huis waren de lakresten op de deuren op de bovenverdieping. Het leek er op dat deze deuren ooit verzegeld waren geweest. Volgens mijn moeder waren de deuren in de oorlog door de bezetter verzegeld omdat Dr. Mooy niet de namen van zijn patienten wilde geven. Zij zouden dan gedeporteerd worden. Het was een prachtig huis met twee grote, brede trappen naar boven, waar de spreekkamer was.

Nee Frans, het boekje was een eenmalige uitgave n.a.v het 50-jarig bestaan van de R.P.I. Veel wetenswaardigheden over hoe alles tot stand is gekomen, bezetting ( en kosten) van patienten en artsen in de loop der tijden. Het heeft bv heel weinig gescheeld of de R.P.I was aan Woensel voorbijgegaan. Over de vuilnisbelt: ik weet vrijwel zeker dat er achter de voetbalvelden toen een stortplaats lag. De leemkuilen lagen meer tegen het Vredenoord aan. Nog iets over de genoemde huizen: ze waren erg groot en ruim van binnen; nu hebben ze een andere functie gekregen. Van de twee aaneengeschakelde dokterswoningen mis ik nog een opname, vermoedelijk bestaat het wel.

Flos, dat het "scholleke tritsen" zoals wij dat vroeger noemde nare gevolgen kan hebben zie je op foto 5287.

Wil, de foto die je noemt met de bijbehorende gebeurtenissen is mij bekend. Niet voor niets stond er bij die leemkuilen een bordje "verboden toegang". Maar een kind ziet die gevaren niet voordat het te laat is en wat ik beschreef was de ervaring zoals ik die als kind beleefde. Spannend. Mijn welgemeende excuses als ik daarmee jou of iemand anders op het hart trapte. Dat was niet de bedoeling van mijn relaas.

Ingrid, het patat-tentje op de hoek van Vredeoord was van de vader van Piet Zwerts. Piet runde de friteszaak verderop, hoek Pastoor van Arslaan en in dit patat-tentje was de zus van Piet de baas. Martha, zoals ze heette, stond hier doordeweeks te bakken. Vrijdags 's avonds werd dit frites-barakske aangekoppeld aan een auto en verplaatst naar de wekelijkse Woenselse markt. Zaterdags na afloop van de markt werd het weer verplaatst naar hier.

De Hondenmarkt was zaterdags