Voor de Tweede Wereldoorlog waren de uit voornamelijk protestantse koorleden bestaande verenigingen 'Hosanna' en 'De Lofstem' actief. Zij besloten hun activiteiten te stoppen omdat zij lid moesten worden van de door de Duitsers ingestelde Cultuurkamer.
Op 1 april 1947 fuseerden beide koren en gingen verder als 'Eindhovense Christelijke Oratorium Vereniging'.
Het koor stond bekend als “protestant”. Om te proberen de drempel voor nieuwe leden te verlagen, werd het “Christelijke” uit de naam verwijderd en ging het koor verder als EOV, Eindhovense Oratorium Vereniging.
In 1951 sloot het koor van dirigent Harm de Vries zich aan. Hij leidde ook oratoriumkoren in Geleen en Weert en studeerde dezelfde werken in. Zo werd het tekort aan mannenstemmen gecompenseerd. Bijkomend voordeel was dat de koorleden driemaal hetzelfde werk konden uitvoeren.
Op de foto een uitvoering van een oratorium in de jaren zeventig door de Eindhovense Oratorium Vereniging (EOV) onder leiding van dirigent Harm de Vries. Waar de uitvoering plaatsvond valt niet uit de foto te herleiden. Orkest en solisten werden en worden door de EOV voor een uitvoering gecontracteerd.
Harm de Vries nam in 1980 afscheid en werd in 1981 opgevolgd door de Limburgse dirigent Ger Vos. Hij tilde het koor naar een hoger niveau en liet het kennismaken met ander repertoire.
In 1990 nam de jonge, net afgestudeerde, Veldhovense musicus Geert Broeksteeg het stokje over. (red.)